In de vorige 'post' beloofde ik nader in te gaan op de huidige onzekerheid en met name op de samenhang tussen grondstofprijzen en wereldwijde groei van de welvaart.
Algemene (h)erkende ontwikkelingen:
1. Omdat grote delen van de wereldbevolking zoals China en India, maar ook veel andere landen zich snel ontwikkelen, moeten we de grondstoffen en ook energie met steeds meer mensen delen. Daardoor zal 'alles' duurder worden.
2. Door de goedkope producten en diensten uit de 'lage lonen landen', wereldwijde samenwerking (globalisering) en wereldwijd verhoogde concurrentie zullen prijzen dalen.
3. De prijzen van Chinese/Indiase producten en diensten zullen stijgen omdat ook die met steeds meer mensen gedeeld moeten worden en omdat men in die landen steeds meer zal willen gaan verdienen.
De optelling van deze ontwikkelingen lijkt uiteindelijk negatief uit te vallen, omdat het enige positieve punt (2) voor een groot deel slechts een tijdelijk voordeel lijkt.
Er is echter nog een andere belangrijke maar ook wat onzekere factor:
Technologische vooruitgang!
Bij de deze factor bedoelen we niet alleen nieuwe producten en diensten, maar ook vooruitgang in bestaande producten en de productie daarvan.
Omdat bijvoorbeeld energie steeds duurder wordt, zal men niet alleen steeds zuiniger met energie omgaan, maar wordt ook sterker geprobeerd nieuwe energie vormen te ontwikkelen.
Het is daarbij goed mogelijk dat we vormen vinden die veel goedkoper zijn dan de huidige vormen (olie, gas, steenkool).
Dit soort doorbraken kunnen natuurlijk ook op andere gebieden, zoals grondstoffen of voedsel plaats vinden.
Als zulke doorbraken plaats hebben is dat een gigantische impuls voor de economie, zoals bijvoorbeeld is te zien in een land als Ijsland (waar energie bijna onbeperkt aanwezig is).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten